MEISJE HERINNERT ZICH EEN VORIG LEVEN EN HOE ZE IS OMGEKOMEN IN DAT LEVEN DOOR EEN TREIN. 
Katheleen, moeder van de vijfjarige Nicola, is ervan overtuigd dat haar dochtertje eerder heeft geleefd. Al sinds haar tweede jaar beschrijft het kind haar vorig leven nabij het dorpje Haworth in WestYorkshire, dat bekendstaat als de geboorteplaats van de gezusters Bronte, Charlotte, Emily en Anne, en waar Emily's boek Wuthering Heights zich afspeelt. 
Het vreemde verhaal begon toen Nicola op haar tweede verjaardag een speelgoedhondje kreeg, dat zij aan een touwtje vooruit kon trekken. Het kind raakte helemaal opgewonden toen ze haar moeder vertelde: 'Ik noem het Muff, net zoals het andere hondje dat ik vroeger had.' Kathleen lachte om naar wat zij beschouwde als de overactieve verbeelding van haar dochtertje. 
Ze hadden vroeger wel een hond gehad, maar nooit eentje die Muff heette. Ze speelde mee met het fantasie spelletje van het kind, en was het er helemaal mee eens dat Muff een prachtige naam was voor haar speelgoedhondje. In de daaropvolgende dagen merkte Kathleen dat Nicola meer en meer opging in Muff en haar speelgoedhondje voortdurend vroeg of het zich bepaalde voorvallen en ervaringen kon herinneren die zij in het verleden samen hadden meegemaakt. Ervan uitgaand dat het allemaal deel uitmaakte van een kinderlijke fantasie, hechtte Kathleen geen waarde aan de zogeheten herinneringen, totdat Nicola haar moeder een vreemde vraag stelde, die Kathleen tot nadenken stemde. Met een voor haar leeftijd ongewoon duidelijke articulatie vroeg Nicola haar moeder: Waarom ben ik deze keer een meisje, mam? Waarom ben ik niet een jongetje, zoals vroeger? Toen Kathleen Nicola vroeg wat zij bedoelde, antwoordde het kind: 'Toen mevrouw Benson mijn moeder was, was ik een jongetje en speelde met Muff.' Deze laatste opmerking plaatste Kathleen voor een raadsel, vooral het noemen van een mevrouw Benson." Nicola kende geen mevrouw Benson; en de naam was niemand uit het gezin bekend. 

Omdat de zinspelingen op wat Nicola 'eerder' allemaal gedaan had steeds frequenter werden, moest Kathleen wel luisteren naar wat haar dochter te vertellen had, ook omdat het kind nooit afweek van haar verhaal, zelfs niet in de kleinste details. Nicola bleef erbij dat zij een jongetje was geweest, en hoewel zij zich haar voornaam niet meer kon herinneren, wist ze dat haar achternaam Benson was geweest, dat haar moeder bekend stond als mevrouw Benson en dat haar voornaam Elspeth, Elsie of iets dergelijks was. Ze wás er zeker van dat ze vlakbij Haworth hadden gewoond, dat ze twee zusjes had en natuurlijk haar hondje Muf! Ze herinnerde zich dat haar vader bij de spoorwegen werkte en dat in een klein huisje vlakbij de spoorlijn woonden. 
Gedetailleerd beschreef ze het huis aan haar moeder. 'Het was van grijs baksteen, middenin een rijtje van vier. Achter het huis waren allemaal velden, waar ik met Muff speelde.' Nicola kon tot in kleinste details de lange jurk die haar moeder droeg beschrijven. 'Het was als een soort overgooier, net zoals de jurk die mijn pop aanheeft.' Ze herinnert zich hoe haar moeder het haar droeg en omschrijft die haardracht als 'raar opgestoken'. 
Haar vader grote, zware laarzen aan, en om de één of andere reden, waarover Nicola weigerde te praten, was ze niet bijzonder op hem gesteld. 'Hij had altijd een vies, zwart gezicht', vertelt ze, maar wanneer haar verdere vragen over hem worden gesteld, houdt ze haar mondje stijf dicht. 

Ze herinnert zich samen met haar vriendje dat net als haar Muff onafscheidelijk kameraadje was, zittend op de vloer de boterhammen te eten die haar moeder had gesmeerd. Ze weet dat haar vriend ook een jongen was, maar ze kan zich zijn naam niet meer herinneren. 'Hij was kleiner dan ik', herinnert Nicola zich. 'Ongeveer één of twee jaar jonger. Niet één jaar en niet twee jaar', legt ze uit in een poging haar vriendje te omschrijven, 'en we gingen altijd samen naar de spoorlijn, en we speelden in de velden achter ons huis.' 
Het meisje heeft levendige herinneringen aan hoe zij als jongetje in de laantjes en langs de weggetjes in de buurt van haar huis dwaalde, samen met haar geliefde Muff. 'We speelden altijd gekke spelletjes. Ik gooide mijn bal de lucht in en dan rende Muff er achteraan en bracht hem naar mij terug.' 
Haar twee zusjes waren kennelijk veel jonger dan zij, en Nicola bemoeide zich niet zoveel met hen, zoals dat bij elk normaalgezond jongetje het geval zou zijn. 'Ze waren te klein voor me', zegt ze, en voegt daaraan toe: 
'De ene was nog maar een baby en was dus veel te klein om met mij buiten te spelen.' 
Nicola vertelde Kathleen hoe haar andere moeder haar altijd verbood de spoorweg te spelen en ze vervolgde: 'Maar ik luisterde niet naar haar en ging altijd samen met Muff en mijn vriendje naar de spoorweg.' 

Het kind heeft duidelijke herinneringen aan de dag waarop ze door een trein werd aangereden. 'Ik was op de rails aan het spelen met Muff en mijn vriendje, toen ik een man zag aankomen die met een lamp liep te zwaaien. 
Daarna kwam er heel snel een trein aanrijden die me aanreed.' Toen Kathleen haar dochter vroeg wat er daarna gebeurde, antwoordde Nicola: 'Ik werd naar een ziekenhuis gebracht. Iedereen vroeg me steeds of alles goed was met me, ik kon niet lopen of praten, dus ik kon ze geen antwoord geven.' 
Wat gebeurde er daarna?' vroeg Kathleen. 
Ik viel in slaap en ging dood en ik zag God in de Hemel voordat ik geboren werd. Toen voegde Nicola daaraan toe: 'Maar ik ging niet echt dood. In plaats daarvan kwam ik naar jou toe en toen werd jij mijn andere mamma.'
Toen haar gevraagd werd hoe God eruit zag, antwoordde Nicola: 'Ik weet niet hoe ik je dat moet zeggen. Hij was echt heel mooi, maar ik herinner me niet wat voor kleren hij droeg.' Vervolgens verzekerde ze haar moeder op enthousiaste toon: 'Hij is veel aardiger dan op de plaatjes.' 
Omdat Nicola's verhaal zo consequent was, besloot haar moeder met haar naar Haworth te gaan, waar zij nog nooit waren geweest, in een poging ofwel de woorden van het meisje te bevestigen, of voor eens en voor altijd een eind aan het ongelofelijke verhaal te maken.

Ze reden langs verlaten landwegen, over de kale, winderige heide en Kathleen, die dat deel van het land niet kende, nam een verkeerde afslag en raakte hopeloos verdwaald. Nicola, die net als haar moeder nooit eerder dit gebied bezocht had, kwam haar echter te hulp, en wees Kathleen langs een aantal eenzame, ongemarkeerde binnenweggetjes rechtstreeks de weg naar het dorpje Haworth. Ik weet de weg, omdat Muff en ik hier overal vaak rondliepen, verklaarde Nicola. Door Nicola's aanwijzingen te volgen werd Kathleen naar de rand van het dorp gevoerd en daar stond ze stomverbaasd voor een huis waarvan Nicola zei dat het haar vroegere woning was: een rijtje van vier huizen van grijze baksteen, precies zoals Nicola eerder had beschreven en op exact dezelfde plaats als ze gezegd had. De details van het gebied eromheen kwamen precies overeen met Nicola's beschrijving: de achterkant van het huis keek uit over open velden. Kathleen noteerde het adres: 12 Chapel Lane, Oakworth...Vervolgens ging Kathleen naar de parochiekerk van Haworth om na te gaan of ze enig spoor van een familie Benson in het kerkelijk archief kon vinden. De rector vertelde haar dat het niet waarschijnlijk was dat ze in de archieven van de parochie de naam Benson zou tegenkomen, aangezien het in die streek een zeer ongewone naam was. Hij gaf Kathleen echter wel toestemming de geboorte- en huwelijksregisters in te zien, hoewel hij niet onder stoelen of banken stak dat de hele onderneming pure tijdverspilling zou zijn. 

Kathleens hart stond even stil toen ze een van de door de tijd vergeelde bladzijden van een oud geboorteregister omsloeg, en haar oog daarbij op de naam Benson viel. Het betrof de inschrijving van een pasgeboren jongetje, John Henry Benson, op 20 juni 1875. De naam van de vader stond vermeld als Thomas Benson met als beroep spoorwerker. De naam van de moeder werd ver meld als Lucey Benson.  Kathleen keek van het gezicht van de kleine Nicola naar het geboorteregister, en vroeg zich af of haar dochter en de baby John Henry werkelijk één en dezelfde persoon konden zijn. De naam van de moeder, Lucey, bracht Kathleen nog meer aan het twijfelen. Nicola meende dat haar vorige moeder Elspeth of Elsie heette. Kon er als gevolg van de gelijkenis tussen de woorden Elsie en Lucey een vergissing mogelijk zijn? Het beroep van de vader al spoorwerker klopte met Nicola's verhaal, aangezien een spoorwerker de treinrails aanlegt. 
Verder onderzoek via een ander kanaal zorgde voor nog verrassender resultaten. In de afdeling Archieven van het stadhuis van Bradford heeft de archivaris, Ian Dewhirst, de gegevens van de volkstellingen van het district Haworth in zijn beheer. Wettelijk dient de telling, die slechts eenmaal in de tien jaar. wordt uitgevoerd, gedurende honderd jaar voor het publiek ontoegankelijk te blijven, zodat de meest recente gegevens die geraadpleegd konden worden de uitslag van de telling in 1881 waren. De volgende informatie kwam aan het licht: 
CHAPEL LANE 12, OAKWORT

Naam                                                                                         Leeftijd                                                             Geboorteplaats
Thomas Benson  Yorks      Gezinshoofd                                     29 jr.                         Spoorwerker           Kildwick (Yorks)
Susy(?) Benson Yorks          Echtgenote                                      30 jr.                                                           Bradford 
Hephyibah(?)   Yorks           Dochter                                           3 jr.                              Scholier                 Keighley (Yorks)
Sellis Benson                         Dochter                                          6 mnd.                                                         Keighley (Yorks) 
Het belangrijkste gegeven omtrent de hierboven beschreven inschrijving is dat er, hoewel het dezelfde familie Benson van ChaLane 12 in Oakworth betreft, zoals vermeld in het geboorteregister van de kerk in Haworth, geen melding wordt gemaakt van de zoon John Henry. Aangezien het wettelijk verplicht was dat elk gezinslid bij de volkstelling werd meegerekend, zou dit betekenen dat de jongen, John Henry, voor de telling van 1881 gestorven moet zijn. 
Rekening houdend met het feit dat Nicola zich herinnert dat zij twee zusjes had toen zij vroeger als jongetje leefde, en dat de jongste dochter Sellis pas zes maanden oud was toen de gezinsgegevens in 1881 genoteerd werden, wijst dit erop dat John Henry's tussen tussen 1880 en 1881 moet hebben plaatsgevonden, toen het kind tussen de vijf en zes jaar was. 
Jammer genoeg is het streekziekenhuis voor het Haworth/Oakworth gebied allang geleden opgeheven, waardoor het niet meer mogelijk is na te gaan of er ooit melding is gemaakt van de opname van een kind dat door een trein was overreden. 

Ook hier weer zien we enige tegenstrijdigheid betreffende de naam van de moeder. De gegevens van de telling vermelden Thomas Bensons echtgenote als Susy, maar volgens Ian Dewhirst bestaat hierover enige twijfel. De inschrijvingen zijn handgeschreven en soms moeilijk te ontcijferen. Hij denkt dat het handschrift Susy vermeldt, maar hij geeft toe dat er net zo goed Lusy met een zwierige L kan staan. Hij wijst er vervolgens nog op dat het echtpaar Benson kennelijk nogal ongewone namen, zoals Hephyibah en Sellis, voor hun kinderen koos, en hij voegt daaraan toe dat hij er niet helemaal zeker van is dat hij de naam Hephyibah juist gelezen  heeft. Dit geeft nog eens aan hoe moeilijk bet is bij het vaststellen van feiten uitsluitend aangewezen te zijn op handgeschreven documenten.  
Laten we er eens van uitgaan dat Thomas Bensons echtgenote bij de volkstelling als Lucy ingeschreven staat. Dit zou dan overeenkomen met de inschrijving Lucey in het geboorteregister van Haworth: dezelfde naam anders gespeld. Dit is echter nog geen verklaring voor het feit dat Nicola denkt dat haar vroegere moeder Elsie heette. Misschien ligt de naam Lucy wel diep verborgen in kleine Nicola's onbewuste, en heeft haar bewuste deze als Elsie geïnterpreteerd. 
Een ding waarvan Nicola zich wel duidelijk bewust is, is de angstaanjagende ervaring onder een trein gekomen te zijn. Kathleen vertelt hoe ze met elkaar op een avond naar de televisiefilm TheOctober Man, met John Mills, zaten te kijken. Er was een scène in de film waarin een man bovenop een oud viaduct stond waar hij zich vanaf wilde laten vallen op de spoorlijn. Er volgde een opname van een trein die langs de spoorlijn kwam aandenderen en onmiddellijk begon Nicola hysterisch te gillen. Snakkend naar adem liet ze zich op het vloerkleed vallen en sloeg wild met haar armen om zich heen. Haar moeder dacht dat het kind een toeval of aanval kreeg en schoot het te hulp. De kleine Nicola was ontroostbaar en riep alsmaar: 'De trein, de trein.' Pas toen haar moeder de televisie uitzette, kalmeerde het kind. 

'Het leek alsof ze opnieuw beleefde hoe ze onder de trein kwam zegt Kathleen. 'Ik had geen idee dat de film zo'n indruk op haar zou kunnen maken.' Tenzij het natuurlijk een schoolvoorbeeld van reïncarnatie is zou een mogelijke verklaring voor Nicola's verhaal kunnen zijn dat dit een geval is van een tijdelijke geestovername (niet te verwarren met het permanent in bezit genomen worden) door een geest, waarbij die van een lid van de negentiende-eeuwse familie Benson zich kortstondig aan de kleine Nicola had gehecht. Maar Nicola's vreemde gedrag toen ze op de televisiefilm zag hoe de trein langs het spoor kwam aandenderen, wijst eerder op een meer persoonlijke betrokkenheid en suggereert dat zij een verschrikkelijke ervaring uit het verleden herbeleefde die zo overweldigend was dat zij een soort angstaanval met stuiptrekkingen kreeg. 
Kathleen twijfelt er absoluut niet aan dat het verhaal van haar dochter op reïncarnatie duidt. Zij was niet op de hoogte van het onderzoek dat bij de afdeling Archieven in Bradford werd verricht, en toen men haar vertelde dat het jongetje John Henry, dat in het oude huis van grijze steen had gewoond, omgekomen was voor de volkstelling van 1881, en dat zijn vader bij de spoorwegen had gewerkt, raakte ze er absoluut van overtuigd dat Nicola opnieuw was geboren. 'Ik was er altijd al zeker van dat ze de waarheid sprak. Ik besefte dat het verhaal waarschijnlijk zou variëren als ze alles verzonnen had, maar dat was nooit het geval. Nu ik de gegevens van de volkstelling ken, weet ik dat ze de waarheid sprak. Het is op geen enkele wijze te verklaren hoe ze zoveel bijzonderheden over een plek die ze nooit van haar leven heeft gezien kon weten.' 
Voor wat Nicola zelf betreft, nu een levendige kleuter van vijf, met bolle, roze wangen en een gouden, dansende krullenbol, die je  lekker zou willen knuffelen - het leukste wat zij zich herinnert uit haar vorig leven is de dolle pret die ze samen met Muff beleefde.
K. W. K.   


counter free
Google Analytics Alternative